Wantrouwen jegens de opvolger
Wat men ook vaak ziet is, dat deze roerganger, de “eerstgeborene”, door de anderen binnen de familie niet geheel in zijn kwaliteiten wordt vertrouwd, niet bekwaam genoeg wordt bevonden om adequaat te managen en beheren/besturen (“een externe deskundige is veel beter”). Men kent hem of haar immers als kind en familielid en beoordeelt hem of haar op zijn/haar zakelijke kwaliteiten vanuit dat familiesysteem, subjectief, zeg maar. Emotioneel blijft het daardoor een levend onderwerp dat tot (soms voor het bedrijf fatale) strijd kan leiden. Het is dan goed om te beseffen dat dit dus niet in de persoon van de eerstgeborene ligt, maar in de casuspositie an sich. Met dank aan Napoleon.
Uit een studie over familiebedrijven is gebleken dat zo'n zoon/eerstgeborene/opvolger vanwege zijn familieloyaliteit, ondanks dat hij misschien minder dan een externe man functioneert, het per saldo tòch beter voor het familiebedrijf doet.