Van huis uit in het hout
Als je bij Van der Aa Kozijnen op het industrieterrein Slibbroek aan komt lopen hoor je de machines in de fabriek zachtjes zoomen. Een vertrouwd geluid. Toch is nog maar een jaar geleden dat het bedrijf hier neerstreek. Uit de as herrezen, want hun vorige fabriek in Esbeek brandde tot de grond toe af. “Dat we daar zo goed uitgekomen zijn en binnen twee weken na de brand weer produceerden, vind ik onze grootste prestatie”, aldus grondlegger Fred van der Aa (60). Fred nam in 1983 de stap om voor zichzelf te gaan werken. “Als we toen die brand hadden gehad was het makkelijker geweest. Klanten hadden toe meer geduld. Het tempo op de bouw lag lager. Nu heb je geen keus. Als je binnen een paar weken niet meer kunt leveren ben je weg.” Maar voor weerstand zijn de Van der Aa’s niet bang. Begin jaren tachtig was het flink crisis in de bouw, maar Fred zag daar juist de voordelen van. “Veel grote timmerfabrieken gingen failliet dus er kwam werk vrij en er kwamen machines vrij. Voor een paar honderd gulden kon ik mijn werkplaats inrichten met gebruikte machines.” Zoon Mark (36) die pas veel later zijn intrede deed is andere bedragen gewend. “Tegenwoordig praat je over tonnen om een professionele werkplaats in te richten.” Als we Fred vragen waarom hij ooit voor zichzelf begon is het antwoord: ”Vrijheid, ik wilde het zelf gaan doen.” Een opvallende gelijkenis met zoon Mark die nooit door Fred werd gepusht maar op een gegeven moment toch ondernemer wilde worden. “Ik werkte me echt rot en regelde alles bij een timmerfabriek waar ik in loondienst was. Dan kan ik het net zo goed voor mezelf gaan doen”, dacht ik. Dat moment kwam in 2013. “Ik had met mijn vader de afspraak gemaakt dat ik daar eerst twee jaar in loondienst kwam om te kijken of het klikte. In 2015 ben ik in de VOF gekomen en in 2019 de aandelen overgenomen.” Mark had ook een opleiding en een carrière in de interieurbouw achter de rug. Opgegroeid met hout. “Interieur vond ik mooier dan kozijnen. Maar ik had wel heel veel met massief hout. Daar kan ik in onze kozijnenfabriek mijn hart mee ophalen. Kunststof komt er bij ons nooit in, dat is vloeken in de kerk.” In de loop der jaren ontwikkelde Fred zijn timmer- en onderhoudsbedrijf zich steeds meer in een gespecialiseerde kozijnenfabriek. Opdrachtgevers waren zowel particulieren als aannemers. Kozijnen, plinten, deuren en trappen, zowel voor nieuwbouw als renovatie. Fred en zoon Mark hebben de taken altijd soepel verdeeld. Als senior mag vader nog graag iedere dag mee timmeren, zijn lust en zijn leven. “Als ik wil kan ik zo een week thuisblijven.” “Maar dat doet hij nooit”, aldus Mark zijn vrouw Christel. Christel is langzamerhand in het bedrijf gerold. Meegegroeid. Met haar achtergrond in de kinderopvang zag het er niet naar uit dat ze in de timmersector zou belanden. Maar nu ze samen met Mark de tent runt wil ze niet meer anders. “Eerst deed ik wat licht administratief werk voor Fred, later werd dat steeds meer en op een gegeven moment heb ik de knoop doorgehakt en ben ik hier fulltime gaan werken.” Haar komst hield een beetje gelijk tred met de groei die het bedrijf doormaakte sinds Mark de scepter zwaait. Zijn visie om flink te investeren in machines en automatisering werpt vruchten af. In een paar jaar tijd groeide het personeelsbestand van vier naar veertien. Groei op zichzelf was en is niet zijn doel. “Maar we moeten mee bewegen met de klant en die vraagt steeds meer.” Voor Christel betekent dit naast de financiële administratie dat haar takenpakket ook is uitgebreid met P&O. Ze heeft er haar handen vol aan. “Voordeel van eigen baas zijn is dat ik mijn eigen dag indeel. Die flexibiliteit maakt dat het leuk is. En we weten nu alles van elkaar, dat maakt de communicatie en het overleg makkelijker. Als Mark nu thuiszit en zegt dat hij even weg naar de zaak moet voor nog en paar kozijnen hoor je mij niet zeuren. Anders heb ik maandag zelf die klant aan de lijn die vraagt waar alles blijft.” Mark: “Ons moeder zat vroeger niet in het bedrijf. Maar ze heeft in de begintijd Fred regelmatig mee geholpen in de werkplaats. Later droeg zijn zorg voor het gezin van vier kinderen en bleef achter Fred staan zodat hij voor het bedrijf kon gaan. Christel heeft aan twee woorden genoeg. Dat geeft rust, ook al werkt ze veel maar als je elkaar goed begrijpt gaat het vanzelf.” Mark en Christel zijn in het gelukkige bezit van drie dochters. Is het dan reëel om over opvolging te praten? Mark: ”Dat kun je niet zeggen. Mijn werk is voornamelijk op kantoor; tekenen, rekenen, regelen en managen. Dat kunnen vrouwen ook prima hoor…